Gorinchem NA4068, 08-Mar-1698

     den 8 meert 1698,
     
     Compareerden etc.
     Sr. Lambert Rotarius, weduwnaer van
     Judick Roosa, sijn overleden huijsvrouwe,
     borger deser stadt, ten eenre, ende Piter
     Rotarius, soon van de eersten comp[arant]
     verweck[t] bij den voorn. Judick Roosa, sijne
     moeder, wonende tot Schoonhoven, ter
     andere sijde. Te kennen gevende[?] dat tussen
     den eerste comp[aran]t en sijn overleden huijsvrouw
     was gemaeckt haerlider testament ende
     uytersten wille, voor den notaris Johan
     van Haefte en sekere getuygen binnen dese
     stadt op den 19 maert 1691. 't Welk bij
     de voorn. Judick Roosa met de doodt is
     gecomstremeert[?], waer bij sij liden den
     langhstlevende hadden geinstitueert tot
     eenige erftgenaem, in alle de goederen
     die den eerst stervende soude comen nae
     te laten en met de doodt ontruijmen. Omme
     daer mede bij den langhst levende gedaen te
     werden als met sijn vrije en eijgen goederen,
     met volcomen recht van institutie, met
     wil ende begeeren dat soo wanneer de langhst-
     levende wedunaer quam te trouwen, verplicht
     soude sijn aen den tweede comp[aran]t uijt te rijcken
     en te voldoen de helft van de mobile goederen
     die ten tijde van het tweede houwelijck soude
     werden bevonden, voor sijne legitime portie,
     sonder meer. En dat den langhst levende
     vande vaste goederen, rente brieven ende
     obligaties, sijn leven gedurende, het vrucht
     gebruijck soude hebben. Breder blijckende bij het voorss.
     testament, waer toe alhier wert gereffer[e]ert,
     om alsoo den eersten comp[aran]t genegen is hem
     ten tweede huwelick te begeven, en [-genegen-]
     [-was-] van het voorss. vruchtgebruijck af-
     stant te doen, ende sijn eijgen goederen
     te besitten, om daer mede te doen nae sijn
     wel gevalle. Soo verclaerden de comp[aran]ten
     met den anderen in min ende vrintschap
     overcomen ende verackordeert te sijn
     over de voldoeninge van de tweede
     comp[aran]ts moederlicke erffenis en besterffenis,
     
     [page 2]
     
     in dese voege: dat den tweede comp[aran]t,
     naedat alvorens was gemaeckt
     staet ende inventarus des boedels ende
     goederen, die den eersten comp[aran]t op heden
     was besittende, bekent van
     den eersten comp[aran]t sijnen vader, ontfangen
     te hebben de helft van alle de mobile goederen
     de welke in twee gelijcke
     deelen waeren verdeelt, en waer over
     het lot getrocken was, mitsgaeders
     noch een somme van vijffhondert
     guld[en] naer d'orde van sijn moeder,
     bij hem van den eersten comp[aran]t ontfangen, volgens
     obligatie daer van gepasseert, die
     bij desen aen den twede comp[aran]t gecasseert
     is overgelevert. En bekent daer boven
     noch op heden van sijn vaeder ontfangen
     te hebben een hondert guld[en] contant
     gelt in volle voldoeninge van de
     voorn. sijne moederlicke erffenis.
     Mits dat de voorss. ontfangh een hondert
     guld[en] den tweede comp[aran]t nae overlijden
     van den eersten comp[aran]t aen sijn vaderlicke
     erfenis sal werden gecort, waer
     mede de comp[aran]ten ten wedersijde
     verclaerden te sijn vernoecht, belovende
     den tweede comp[aran]t sijn vaeder den
     eersten comp[aran]t de overige goederen
     des boedels in vollen en vrijen eijgendomme
     te laeten behouden en hem wegens den
     erftenis van sijn moeder niet verder
     te moeijen ofte molesteeren, 't sij in
     rechten ofte daer buijten, in geenderlij
     maniere. Renuntierende van het
     voorss. testament enden inhoude vandien
     en van alle andere exceptien en middelen
     van rechten, bedacht ende onbedacht,
     waer mede den tweede comp[arant]
     hem soude connen ofte mogen behalen[?]
     
     [page 3]
     
     tevreden sijnde de comparanten haer inden
     inhoude deses vrijwillich te laeten condemneren,
     constituerende totdien eijnde onwederoep-
     elick Johannes B.... ende Davit van Weeve[?]
     procu[reu]rs voor den voorss. Hoogen raedt, ofte haere
     successeurs, den eene om de condemnatie
     te versoeken, en den anderen om daer in
     te consenteren, belovende voor vast en
     van waerde te houden alle 't gunt bij de
     geconstitueerden uijt crachte deses
     sal werden vericht onder verbant
     van haer comp[aran]ten respective persoonen
     ende goederen, die subject maekende alle
     alle heeren hoven rechten en rechteren, ende
     specialick den hove van Hollant,
     sonder froude aldus gepasseert voor
     mijn not[ari]s ten overstaen van Cornelis
     Brouwer Hubertsoon, ende Helmich
     Brouwer, als getuijgen hier toe versocht,
     in Gorinchem ten daege voorss.
     -Lambert Rottarij
     -Pieter Rottarij
     -Corn. Brouwer
     Mijn present no[tari]s pu[bliqu]e Brouwer